Digitale euro
Inleiding
Momenteel voert de Nationale Bank van België samen met de andere leden van het Eurosysteem onderzoek uit naar de mogelijke uitgifte van een digitale euro. Dit onderzoek, dat in het najaar van 2021 is gestart en twee jaar zal duren, is bedoeld om een consensus te bereiken over technische kwesties en om de gevolgen van de uitgifte van een digitale munt voor betalingsinfrastructuren, de financiële stabiliteit en financiële inclusie te bestuderen.
Daarnaast vindt er over de digitale euro een regelmatige dialoog plaats tussen het Eurosysteem en alle marktdeelnemers[1], waaronder betalingsdienstaanbieders, consumentenvertegenwoordigers en handelaren, via de Digital Euro Market Advisory Group en de Euro Retail Payments Board op Europees niveau, en het National Retail Payments Committee op Belgisch niveau. Dankzij de werkzaamheden van het Eurosysteem en de lessen die uit dit overleg op Europees en Belgisch niveau konden worden getrokken, kon er vooruitgang worden geboekt met het ontwerp van de digitale euro die eventueel zou worden ingevoerd.
[1] Zie “Digital euro Project governance and stakeholders”, ECB, 2022.
Tot dusver genomen ontwerpbesluiten
Van de tot dusver genomen besluiten is het "overmakingsmechanisme", d.w.z. de procedure voor de uitvoering en de validering van transacties, een belangrijke bouwsteen. In dit verband heeft het Eurosysteem de verdere verkenning goedgekeurd van een door een derde gevalideerde online-oplossing en een peer-to-peer offline-oplossing. Daarnaast is besloten dat onlinetransacties op het niveau van het Eurosysteem zouden worden afgewikkeld en offlinetransacties op het niveau van het lokale opslagmedium. Taken in verband met het beheer van de transacties, de liquiditeit en de gebruikers zullen moeten worden uitgevoerd door onder toezicht staande intermediairs (betalingsdienstaanbieders), die de directe contactpersonen zouden zijn voor particulieren, handelaren en ondernemingen die de digitale euro willen gebruiken.
Wat de privacy betreft, zal het Eurosysteem verder onderzoek doen naar (i) selectieve vertrouwelijkheid voor onlinebetalingen van geringe waarde en (ii) een offline functionaliteit die ervoor zorgt dat de saldi en transactiegegevens van gebruikers privé blijven. Er moet nog verder worden onderzocht hoe beide opties kunnen worden geactiveerd, namelijk hetzij onder het huidige regelgevende SWG/FT-kader, hetzij onder een nieuw op maat gemaakt kader.
Tot slot werd de mogelijkheid besproken om een bovenlimiet op het aanhouden van digitale euro’s in te stellen of om een ontradend lage rentevergoeding te bieden, om te voorkomen dat het aantrekken van deposito’s voor commerciële banken in het gedrang komt, wat een negatief effect zou kunnen hebben op het monetair beleid, de financiële stabiliteit en de kredietstroom binnen de reële economie. Om te voorkomen dat de eventuele kwantitatieve limiet op activa een transactielimiet wordt, bereikte de Raad van Bestuur van de ECB ook overeenstemming over de mogelijkheid om de zogenaamde "waterval"- en "omgekeerde waterval"-functionaliteiten te gebruiken, waardoor de eindgebruikers de mogelijkheid hebben om respectievelijk een betaling in digitale euro te ontvangen en te doen boven de kwantitatieve limiet, via de verbonden rekening bij een commerciële bank, als bron/ontvanger van het resterende bedrag.
Verdere stappen
Het Eurosysteem zal in het najaar van 2023 beslissen of het overgaat tot de voorbereidende fase. Mocht het daartoe besluiten, dan zal deze fase naar verwachting ongeveer vijf jaar duren en gericht zijn op het ontwikkelen en implementeren van de technische oplossingen en commerciële regelingen die nodig zijn voor de levering van de digitale euro. Vooruitlopend op dit eventueel toekomstig besluit, wordt er bij de ECB al gewerkt aan het opstellen van de passende kernbeginselen die het Eurosysteem moeten leiden bij de mogelijke volgende stappen.
Zoals hierboven uiteengezet, heeft het Eurosysteem immers eerst een uitgebreid marktonderzoek gevoerd door te observeren en in discussie te gaan met marktdeelnemers om feedback te verzamelen en niet-bindende informatie te verkrijgen over mogelijke technische oplossingen, de eventuele daaraan verbonden kosten en gerelateerde overwegingen op het gebied van planning. Deze informatie zal het Eurosysteem helpen een beter inzicht te krijgen in de kennis en ervaring van de markt met betrekking tot oplossingen en technologieën die geschikt zijn voor de mogelijke invoering van een digitale euro. Het Eurosysteem wil de ontwikkeling van de verschillende componenten van een digitale euro toevertrouwen aan de markt, aan de ECB of aan de nationale centrale banken (NCB's) van het Eurosysteem, rekening houdend met onder meer de opmerkingen die in de markt zijn gemaakt.
Daarnaast is de ECB een specifiek rulebook van het betaalschema voor de digitale euro aan het opstellen. Dit rulebook zal een reeks gemeenschappelijke regels, normen en procedures bevatten die in het pan-eurogebied zouden gelden en een geharmoniseerde betalingservaring voor eindgebruikers zouden bevorderen, aangezien er bepaalde vereisten voor commerciële aspecten zouden kunnen worden gespecificeerd, die een aanzienlijke flexibiliteit zouden bieden om in te spelen op voorkeuren en specifieke kenmerken van eindgebruikers.
Tot slot zij opgemerkt dat het ontwerp en de functionaliteiten van het project ook afhankelijk zijn van het rechtskader dat door de Europese wetgever zal worden vastgesteld.