Methodologie en wettelijke basis

De statistieken van de buitenlandse handel worden opgesteld volgens het nationale en het communautaire concept, in overeenstemming met de Europese en nationale wettelijke bepalingen.

Wettelijk kader: Europese wetgeving

Lidstaten van de Europese Unie zijn verplicht om statistieken van de buitenlandse handel op te maken. De Europese Unie heeft diverse verordeningen gepubliceerd waaraan lidstaten zich moeten houden. Deze verordeningen beschrijven eveneens de regels volgens dewelke deze statistieken moeten worden opgemaakt en verplichten de bedrijven in de diverse lidstaten om de nodige gegevens aan te leveren aan de bevoegde nationale administraties.

Basisverordening – European Business Statistics

Verordening (EU) 2019/2152 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende Europese bedrijfsstatistieken en tot intrekking van tien rechtshandelingen op het gebied van bedrijfsstatistieken (PB L 327, 17.12.2019)

Uitvoeringsverordening – European Business Statistics

Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1197 van de Commissie van 30 juli 2020 tot vaststelling van technische specificaties en regelingen overeenkomstig Verordening (EU) 2019/2152 van het Europees Parlement en de Raad betreffende Europese bedrijfsstatistieken en tot intrekking van tien rechtshandelingen op het gebied van bedrijfsstatistieken (PB L 271, 18.8.2020)

Wettelijk kader: nationale wetgeving

Lidstaten van de Europese Unie zijn verplicht om statistieken van de Buitenlandse handel op te maken. De Europese Unie heeft daartoe diverse verordeningen gepubliceerd waaraan lidstaten zich moeten houden. Aangezien deze verordeningen niet alles tot in het detail regelen zijn de lidstaten verplicht om bepaalde zaken via nationale wetgeving vast te leggen.

Algemene statistische wetgeving

Gewijzigd bij:

  • Wet van 1 augustus 1985 (B.S. 6.08.1985)
  • Wet van 21 december 1994 (B.S. 23.12.1994)
  • Wet van 2 januari 2001 (B.S. 3.01.2001 - 2e uitgave)
  • Wet van 2 augustus 2002 (B.S. 29.08.2002)
  • Wet van 22 maart 2006 (B.S. 21.04.2006 - 02.05.2006 errata)
  • Wet van 22 december 2008 (B.S. 29.12.2008)
  • Wet van 6 mei 2009 (B.S. 19.05.2009)
  • Wet van 18 december 2015 (B.S. 29.12.2015)
  • Wet van 26 juni 2000 betreffende de invoering van de euro in de wetgeving die betrekking heeft op aangelegenheden als bedoeld in art. 78 van de Grondwet (B.S. 29.07.2000).
  • Koninklijk besluit van 10 september 2009 betreffende de termijn en de modaliteiten van betaling van de administratieve geldboeten in uitvoering van art. 21 octies van de wet van 4 juli 1962 betreffende de openbare statistiek (B.S. 18.09.2009).

Specifieke wetgeving inzake Intrastat

  • Koninklijk besluit van 9 januari 2005 waarbij een maandelijkse statistiek van het goederenverkeer tussen België en de andere Lid-Staten van de Europese Unie wordt voorgeschreven (B.S. 26.01.2005).

Gewijzigd bij:

  • Koninklijk besluit van 11 januari 2006 (B.S. 30.01.2006).
  • Koninklijk besluit van 21 februari 2010 (B.S. 26.02.2010).
  • Koninklijk besluit van 10 oktober 2014 (B.S. 23.10.2014).
  • Koninklijk besluit van 8 februari 1995 waarbij bepaalde personeelsleden aangewezen worden om overtredingen op te sporen en vast te stellen die verband houden met de statistieken bedoeld in artikel 108, f, van de wet van 21 december houdende sociale en diverse bepalingen (B.S. 14.03.1995).

Gewijzigd bij:

  • Koninklijk besluit van 26 december 1998 (B.S. 10.02.1999).
  • Koninklijk besluit van 19 oktober 2009 (B.S. 04.11.2009).

Sancties

Indien de Intrastataangiften niet tijdig bij de Nationale Bank ingediend worden, kunnen er administratieve of gerechtelijke sancties opgelegd worden.  Deze worden beschreven in de artikels 19 tot en met 23 van de Wet van 04 juli 1962 betreffende de openbare statistiek.