Leningen aan leiders

Artikel 72 van de bankwet bevat wettelijke voorschriften inzake leningen, kredieten en borgstellingen die door kredietinstellingen[1] worden verstrekt aan hun leiders, aandeelhouders en verbonden personen. Deze voorschriften worden nader toegelicht in circulaire NBB_2017_21 betreffende leningen, kredieten en borgstellingen aan leiders, aandeelhouders en verbonden personen.

Artikel 72 van de bankwet voorziet in de verplichting voor instellingen om de toezichthouder in kennis te stellen van leningen, kredieten, borgstellingen en andere transacties die de drempel van 500 000 euro overschrijden. Voor het overige zijn de richtsnoeren EBA/GL/2021/05 van toepassing. Deze voorzien in de mogelijkheid voor de toezichthouder om te vragen dat op eerste verzoek aanvullende informatie wordt verstrekt over verrichtingen van meer dan 200 000 euro[2].

Voor meer informatie over dit onderwerp zij verwezen naar circulaire NBB_2017_21 betreffende leningen, kredieten en borgstellingen aan leiders, aandeelhouders en verbonden personen, en naar de paragrafen 120 tot en met 131 van de richtsnoeren EBA/GL/2021/05.

 

[1] Artikel 72 van de bankwet is niet van toepassing op (gemengde) financiële holdings.
[2] Dit is zonder afbreuk te doen aan artikel 135 van de bankwet.