1945-2002: hoogdagen en verdwijning van de Belgische frank

In 1948 wordt beslist de oude vooroorlogse muntstukken te vervangen door koper-nikkelen en zilveren stukken, de laatste die in omloop zullen komen. Behalve op het stuk van 100 fr. ontbreekt elke verwijzing naar het koningshuis: het land wordt geleid door de Regent en koning Leopold III staat ter discussie.

In 1944 treedt België toe tot de nieuwe internationale monetaire orde, waarvan de regels worden vastgelegd tijdens de conferentie van Bretton Woods. Tijdens deze conferentie wordt onder meer het Internationaal Monetair Fonds opgericht. De Belgische frank wordt — via zijn pariteit ten opzichte van het goud en de VS-dollar — ingeschakeld in het stelsel van de goudwisselstandaard, een wereldwijd systeem van vaste wisselkoersen. Tot eind jaren 1960, wanneer de wereldwijde overvloed aan VS-dollars heftige spanningen op de valutamarkten veroorzaakt, zorgt het stelsel van Bretton Woods voor betrekkelijk stabiele wisselkoersen. In augustus 1971 schorten de Verenigde Staten de converteerbaarheid van de dollar tegen goud op. Het volgende jaar voert Europa een systeem in voor het toezicht op en de regulering van de wisselkoersen, de Europese muntslang, die in 1979 zal uitgroeien tot het Europees monetair stelsel.

Net als in een groot deel van de geïndustrialiseerde wereld, zijn de jaren 60 in België een periode van snelle economische en sociale vooruitgang. Tussen 1961 en 1973 verdubbelt de koopkracht van de loontrekkenden. In 1960 is er een auto per 13 inwoners. In 1966 wordt dat een per 6,7 inwoners en in 1973 een per 4,8. De staat investeert zwaar en neemt de stijgende kosten van de sociale zekerheid op zich. Het land creëert een van 's werelds dichtste wegennetten. Maar net als de meeste geïndustrialiseerde economieën wordt België zwaar getroffen door de oliecrisis van 1973. Die vormt het begin van een periode van grote onzekerheid, onder meer door een forse stijging van de werkloosheid en de toename van de Belgische overheidsschuld. Na de devaluatie van 1982 en het daarmee gepaard gaande herstelbeleid, vindt de Belgische frank echter geleidelijk aansluiting bij de stevigste valuta's van de EU. Dat wordt bevestigd door de in 1990 genomen beslissing om de frank vast te koppelen aan de Duitse mark. Het volgende jaar legt de Europese Unie tijdens de top van Maastricht de voorwaarden vast om toe te treden tot de monetaire unie. België zal er een erezaak van maken deze voorwaarden na te leven.

Vanaf het begin van de jaren 1960 maken de allegorische taferelen op de biljetten van de Nationale Bank plaats voor belangrijke figuren uit het "nationale" verleden: de 40 laatste jaren van de Belgische frank vormen een briljante portrettengalerij. De laatste reeks nationale biljetten, uitgegeven vanaf 1994, ligt nog vers in het geheugen. Ze is een eerbetoon aan beroemde kunstenaars uit de 19e en 20e eeuw als Sax, uitvinder van de saxofoon, de architect Victor Horta of de schilder René Magritte.

De tijdens het regentschap ontworpen munten zijn erg lang in omloop geweest. Ze worden pas op het einde van de jaren 80 vervangen. De Koninklijke munt heeft eveneens herdenkingsmunten geslagen, waaronder munten in ecu, de eerste denominatie van de eenheidsmunt. Hoewel sommige van die munten wettelijke betaalkracht krijgen, zullen ze nooit in de gewone circulatie terechtkomen. Pas in het derde millennium zouden de munten en biljetten van de Europese eenheidsmunt, met de nieuwe naam euro, daadwerkelijk worden ingevoerd. Maar dat is een ander verhaal...