Persmededeling betreffende de publicatie van het "Derde vooruitgangsrapport over de overgang naar SEPA in België"

Het Steering Committee over de Toekomst van de Betaalmiddelen, voorgezeten door de Gouverneur van de Nationale Bank van België, publiceert vandaag het derde vooruitgangsrapport over de overgang naar SEPA, Single European Payments Area of gemeenschappelijk eurobetalingsgebied, in België.

Dat Steering Committee, samengesteld uit vertegenwoordigers op het hoogste niveau van de overheid, de banksector, de ondernemingen en de consumentenverenigingen, beoogt de maatschappelijke dialoog over SEPA op te zetten en de overgang naar SEPA in België te vergemakkelijken. Dit derde voouitgangsrapport beschrijft de geboekte vooruitgang en ligt derhalve in het verlengde van de eerste twee rapporten die in december 2007 en maart 2009 werden gepubliceerd.

Laatste nieuwigheid: sinds 2 november 2009 bieden de Belgische banken hun cliënten de mogelijkheid Europese domiciliëringen te verrichten. Sindsdien heeft de Belgische burger, voor het eerst in de geschiedenis, de mogelijkheid om in het gehele SEPA-gebied betalingen via domiciliëring uit te voeren en zulks tegen geüniformeerde tarief-, juridische - en veiligheidsvoorwaarden. Het betreft de invoering van het tweede geharmoniseerde betaalinstrument dat aan de Europese SEPA-normen beantwoordt. In België is het juridisch kader van dat nieuwe betaalmiddel het gevolg van de invoering, op 1 april ll., van de Belgische wet tot omzetting van de Europese richtlijn betreffende de betalingsdiensten. Dankzij die wet, heeft de consument het recht, onder bepaalde voorwaarden en gedurende acht weken, de terugbetaling te vorderen van een als gevolg van een domiciliëring ten onrechte van zijn rekening gedebiteerd bedrag.

De Europese domiciliëring bestaat in twee varianten: enerzijds het basisschema, dat bestemd is voor de particulieren en over het geheel genomen overeenkomt met onze Belgische domiciliëring en, anderzijds, een totaal nieuw schema "business to business" ontworpen voor gebruik tussen ondernemingen. Er wordt al een toenemende belangstelling voor dat schema "business to business" opgetekend, dat duidelijk aan een zekere marktvraag beantwoordt.

Inzake de Europese overschrijving, is België een van de koplopers in het SEPA-gebied, met een gemiddelde penetratiegraad van de SEPA-betaalinstrumenten van 26 %, tegen gemiddeld 9 % in de Eurozone. De Europese overschrijving, die sinds januari 2008 realiteit geworden is, slaat derhalve bij ons aan, want ruim een vierde van alle nationale overschrijvingen wordt thans verricht volgens de nieuwe SEPA-norm, en de meeste consumenten zijn thans vertrouwd met het gebruik van de nieuwe referenties IBAN (International Bank Account Number) en BIC (Bank Identifier Code). In enkele maanden tijd in de loop van het jaar 2009, werd een overigens snelle progressie geboekt, enerzijds, dankzij de invoering van de Europese overschrijving door de gehele overheid, die aldus haar rol van voortrekker en stuwende kracht in de overgang speelde, en, anderzijds, dankzij de omschakeling naar de SEPA-standaard van de ondernemingen die grote volumes facturen verzenden. Vandaag is het nog aan de kleinere ondernemingen om het proces voort te zetten en over te gaan naar SEPA.

Wat de kaarten betreft, heeft het eurosysteem al enkele jaren geleden het idee vooropgesteld dat het SEPA-proces zou moeten leiden tot een Europees kaartschema. De daadwerkelijke ontwikkeling van de intiatieven ter zake, thans drie, waaronder het Belgische initiatief PayFair, blijft evenwel onzeker.

Ten slotte werkt de Europese Commissie, teneinde het proces tot overgang naar SEPA in Europa nog meer te stimuleren en te bevorderen, thans aan een verordening die einddata voor de overgang naar SEPA zou moeten vastleggen. Zulks impliceert dat alle gebruikers van betaalmiddelen in de nabije toekomst de nieuwe instrumenten zullen moeten gebruiken en zullen moeten beantwoorden aan de nieuwe Europese normen.