Perscommuniqué WP 114: Invoer en uitvoer op ondernemingsniveau: Gegevens voor België

Deze paper onderzoekt een niet eerder beschikbare set van panelgegevens die informatie verenigt over de jaarrekeningen en de internationale handelstransacties van Belgische ondernemingen. Zowel de invoer als de uitvoer blijken sterk geconcentreerd bij een klein aantal ondernemingen, en deze tendens lijkt zich in de loop der jaren nog te hebben versterkt. Als we onze aandacht toespitsen op de verwerkende industrie, stellen we vast dat de feiten die eerder in de literatuur uitsluitend ten aanzien van de uitvoer werden vastgesteld, in werkelijkheid ook van toepassing zijn op de invoer. We merken op dat het aantal ondernemingen dat betrokken is bij de internationale handel daalt naarmate het aantal landen van bestemming voor de uitvoer of van oorsprong voor de invoer toeneemt. Hetzelfde geldt als we kijken naar het aantal verhandelde producten. Wat de productiviteitsverschillen betreft, blijkt dat de ondernemingen die zowel invoeren als uitvoeren de meest productieve zijn, in afnemende volgorde gevolgd door de ondernemingen die enkel invoeren, enkel uitvoeren, en door de handelsondernemingen die zich enkel richten op de binnenlandse markt. Deze resultaten wijzen op de aanwezigheid van vaste kosten, niet alleen bij de uitvoer maar ook bij de invoer, en op een proces van spontane selectie op zowel de uitvoer- als invoermarkten. Daarnaast is het ook mogelijk dat het in de literatuur gemelde productiviteitsvoordeel van de exporteurs overschat is, omdat geen rekening werd gehouden met de invoer.