Perscommuniqué WP 111: Prijszetting in het eurogebied: Enkele gestileerde feiten afkomstig van individuele producentenprijsgegevens

Deze paper documenteert de producentenprijszetting in 6 landen van het eurogebied: Duitsland, Frankrijk, Italië, Spanje, België en Portugal. Hij verzamelt gegevens uit beschikbare studies over elk van deze landen, en biedt tevens nieuwe gegevens. Deze studies maken gebruik van de maandelijkse producentenprijsgegevens. In de diverse landen komen steevast de volgende vijf gestileerde feiten aan het licht. Ten eerste veranderen de producentenprijzen zelden: elke maand verandert ongeveer 21 pct. van de prijzen. Ten tweede is er een substantiële heterogeniteit tussen de sectoren in de frequentie van de prijsveranderingen: de prijzen veranderen zeer vaak in de energiesector, minder vaak in de voeding en halffabricaten, en het minst vaak in de niet-duurzame en niet-voeding goederen en duurzame goederen. Ten derde vertonen de landen een vergelijkbare classificatie van de industrieën in termen van frequentie van de prijsveranderingen. Ten vierde zijn er geen aanwijzingen voor een neerwaartse nominale rigiditeit: de prijsveranderingen bestaan voor circa 45 pct. uit dalingen, en voor 55 pct. uit stijgingen. Ten vijfde zijn de prijsveranderingen omvangrijk in vergelijking met de inflatiegraad. Deze paper onderzoekt tevens de factoren die aan de producentenprijsveranderingen ten grondslag liggen. Hij komt tot de bevinding dat de kostenstructuur, de concurrentie, de seizoeninvloeden, de inflatie en de aantrekkelijke prijszetting allemaal een rol spelen bij het teweegbrengen van producentenprijsveranderingen. Bovendien vertonen de producentenprijzen de neiging om flexibeler te zijn dan de consumptieprijzen.