Perscommuniqué - Analyse van het beleid tot sanering van de Belgische overheidsfinanciën

De financiële crisis en de eruit voortvloeiende economische recessie hebben, net als in de meeste andere geavanceerde landen, het overheidstekort en de overheidsschuld in België fors doen op lopen. De Belgische overheid heeft daarop een strategie uitgewerkt om terug te keren naar een situatie van houdbare overheidsfinanciën, zulks door haar begrotingstekort weg te werken en door te trachten haar schuldgraad opnieuw op een neerwaarts pad te brengen.

In het artikel wordt de momenteel in België ten uitvoer gelegde begrotingsconsolidatie vergeleken met twee andere consolidatiepriodes: een eerste in de jaren tachtig en een tweede in de jaren negentig.

De eerste periode, die aanving in 1982 en eindigde in 1987, werd aanvankelijk gekenmerkt door een recessie alsook door aanzienlijke onevenwichtigheden in de Belgische economie, waaronder een omvangrijk financieringstekort van de overheid. De rigoureuze sanering die toen ten uitvoer werd gelegd, bestond in een krachtige terugschroeving van de uitgaven en een beperkte verhoging van de ontvangsten.

Ook de tweede periode, van 1993 tot 1998, begon met een recessie. Tijdens deze periode berustte de consolidatie voornamelijk op een verhoging van de ontvangsten, maar tevens op een vermindering van de rentelasten. Daarnaast werd ook een krachtdadig beleid tot verlaging van de schulgraad gevoerd.

De derde saneringsperiode volgde in het kielzog van de economische en financiële crisis en ze begon in 2011. Bij de aanvang van deze consolidatieperiode namen de ontvangsten toe, maar vanaf 2015 werd de klemtoon verlegd naar de vermindering van de uitgaven. Dankzij de rentedaling bleven de rentelasten overigens teruglopen.

Uit een analyse van het sedert het begin van de jaren tachtig gevoerde saneringsbeleid blijkt dat de begrotingsconsolidaties steeds aanvingen in een periode van laagconjunctuur. De consolidaties gingen ook steeds gepaard met structurele hervormingen. Zo werd het concurrentievermogen hersteld en werd de werkgelegenheid gestimuleerd. Er werd bijzondere aandacht besteed aan de financiële houdbaarheid van de sociale bescherming, meer bepaald via de goedkeuring van pensioenhervormingen.

Wat de huidige consolidatieperiode betreft, blijft de aan de gang zijnde aanzienlijke sanerinsginspanning relatief beperkt in vergelijking met die tijdens de twee voorgaande saneringsperiodes. De huidige begrotingsconsolidatie verloopt evenwel in moeilijker omstandigheden, gelet op de zwakkere potentiële groei, de zware fiscale en parafiscale druk, het laag niveau van de overheidsinvesteringen en de oplopende vergrijzingskosten. In het kader van de aan de gang zijnde consolidatie zijn nog extra maatregelen nodig om opnieuw een structureel begrotingsevenwicht te bereiken.