Nationale Bank van België behoudt contracyclisch bufferpercentage op 0,5 %

Op grond van haar macroprudentiële bevoegdheden die vastgelegd zijn in de Belgische bankwet van 2014 heeft de Nationale Bank van België op 16 september 2019 besloten om het contracyclische bufferpercentage voor kredietrisicoblootstellingen op de Belgische niet-financiële private sector voor het vierde kwartaal van 2019 te behouden op 0,5 %. Dit contracyclische bufferpercentage wordt bindend vanaf 1 juli 2020. De contracyclische kapitaalbuffer is een tijdelijke buffer die wordt aangelegd in de opgaande fase van de kredietcyclus en dient om voldoende absorptievermogen te genereren zodat banken in de neergaande fase van de cyclus over de nodige ruimte beschikken om kredietverliezen op te vangen.

Een aantal referentie-indicatoren wijzen op een nieuwe versnelling van de Belgische kredietcyclus. De krediet/bbp-gap – die volgens de Belgische wet een belangrijke referentie-indicator is voor de kredietcyclus – bereikte in 2019Q2 2,8%. Volgens de richtsnoeren van het Europees Comité voor Systeemrisico’s verantwoordt dit niveau een positieve contracyclische bufferpercentage. Voor de toekomst laten de basisprojecties voor de kredietgroei en het bbp een verdere toename van de krediet/bbp-gap % zien. De relevante kernindicatoren, met inbegrip van de krediet/bbp-gap, worden nader toegelicht in het document "Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische bufferpercentage (2019 K4)".

De Bank staat klaar om deze bijkomende buffervereisten te versoepelen indien de cyclische risico's afnemen en de kredietcyclus omslaat. De buffers zullen direct worden vrijgegeven in geval van een ernstige en aanhoudende financiële schok.

De maatregel is onderworpen aan het beginsel van verplichte wederkerigheid en geldt dus voor alle EU-banken die actief zijn in België, zowel op individueel als op geconsolideerd niveau.