Perscommuniqué - De hervorming van de wet betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten

Artikel gepubliceerd in het Economisch Tijdschrift van juni 2012

Op 10 oktober 2011 sloten acht partijen die een bijzondere meerderheid hebben in het federaal parlement, een akkoord over de zesde Belgische staatshervorming. Het artikel belicht de twee belangrijkste aspecten, vanuit economisch en budgettair oogpunt, namelijk de overdrachten van nieuwe bevoegdheden van het federale niveau naar de deelgebieden en de herziening van de bijzondere financieringswet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten. Het akkoord over de herziening van de financieringswet heeft, in de meeste gevallen, betrekking op de principes en de mechanismen.

De herziening van de financieringswet werd voornamelijk om twee redenen op de agenda van de staatshervorming geplaatst. Om te beginnen was een verduidelijking vereist van de financieringsmechanismen van de nieuwe bevoegdheden die aan de gemeenschappen en gewesten worden toegekend. Ten tweede uitten verschillende politieke partijen aan beide zijden van de taalgrens verschillende verzoeken om bepaalde aspecten van de huidige financieringswet te wijzigen.

De bevoegdheidsoverdrachten vertegenwoordigen ongeveer 4,4 % van het bbp. Ze gaan in grotere mate uit van de sociale zekerheid dan van de federale overheid en vloeien méér naar de gemeenschappen en gemeenschapscommissies toe, instellingen zonder eigen fiscale bevoegdheid, dan naar de gewesten.

Een van de belangrijkste veranderingen die het ontwerp van de nieuwe financieringswet voor de gewesten met zich brengt, is de grotere fiscale autonomie inzake personenbelasting waarover ze zullen beschikken. Voor hun nieuwe bevoegdheden ontvangen de gewesten eveneens aanvullende middelen die worden verdeeld volgens een fiscale sleutel. Tot slot blijft een nationale solidariteitsbijdrage gehandhaafd, maar de kenmerken ervan worden aangepast.

De gemeenschappen ontvangen eveneens aanvullende middelen voor hun nieuwe bevoegdheden, maar deze worden verdeeld aan de hand van demografische sleutels. De middelen waarover de gemeenschappen voor hun huidige bevoegdheden beschikken, worden geherstructureerd en in een grotere mate dan vroeger verdeeld volgens het aantal leerlingen in de Nederlandstalige en Franstalige scholen dan volgens een fiscale sleutel.

Tevens is voorzien in een overgangsmechanisme om de effecten van de hervorming voor de verschillende deelgebieden tijdens haar inwerkingtreding te neutraliseren en om de impact ervan tijdens het eerste decennium in te perken. Naast dit mechanisme worden de Brusselse instellingen geherfinancierd. Het akkoord bepaalt eveneens dat de deelgebieden meer moeten bijdragen in de begrotingskosten van de vergrijzing.

Rekening houdend met het wetgevingsproces tot goedkeuring van de teksten waarin de zesde staatshervorming wordt uitgezet, zouden de nieuwe financieringswet en de bevoegdheidsoverdrachten waarschijnlijk pas in 2014 van kracht worden. Een aantal mechanismen zou echter reeds voordien worden toegepast. Dit zou vanaf 2012 het geval moeten zijn voor de herfinanciering van de Brusselse instellingen en voor het responsabiliseringsmechanisme inzake pensioenen.

Het akkoord over de staatshervorming geeft als dusdanig geen uitsluitsel omtrent de bijdrage van de verschillende entiteiten tot de noodzakelijke sanering van de Belgische overheidsfinanciën. Hoewel het akkoord bepaalt dat de deelgebieden meer moeten bijdragen in de begrotingskosten van de vergrijzing, dragen de federale staat en de sociale zekerheid nog steeds het grootste gedeelte van de kosten die aan dit demografisch fenomeen verbonden zijn. Het komt er dus op aan de saneringsinspanningen te verdelen die noodzakelijk zijn om België tegen 2015 opnieuw naar een begrotingsevenwicht te leiden, de uitvoeringsbepalingen inzake de bijdrage van de deelgebieden te omlijnen en, zoals bepaald in het akkoord, in dit kader bepaalde variabelen van de financieringswet definitief vast te leggen, bijvoorbeeld de referentiebedragen voor de bevoegdheidsoverdrachten en de parameters voor hun verloop.