De groei van de Belgische economische bedrijvigheid zou in het tweede kwartaal van 2022 stilvallen

De Belgische economische bedrijvigheid groeide min of meer in lijn met onze verwachtingen in het eerste kwartaal van 2022. De relatief sterke kwartaalgroei van 0,5 % geeft aan dat het opheffen van de beperkende maatregelen in het kwartaal voordien nog steeds een belangrijk overloop-effect met zich meebracht voor de kwartaalgroei in het begin van 2022. Zoals verwacht woog dit zwaarder door dan de, mede door de oorlog in Oekraïne, opstekende economische tegenwind (sterk oplopende energieprijzen en opnieuw verslechterende knelpunten in de aanvoerketens). De groei in het huidige kwartaal zal echter minder worden ondersteund door de normalisatie na de pandemie, terwijl de factoren die wegen op de groei, aanwezig blijven. De economie zou dan ook sterk vertragen en al met al verwachten we momenteel een nulgroei voor het tweede kwartaal.

Het Belgische reële bbp nam in het eerste kwartaal van 2022 met 0,5 % toe. De groei was dan ook min of meer in lijn met de schatting in de vorige Business Cycle Monitor (0,6 %) en werd duidelijk naar boven bijgesteld ten opzichte van de eerste ‘flashraming’ van het INR.

De scherpe toename van de onzekerheid en de tijdelijke afname van de koopkracht door de hoge inflatie en de vertraagde werking van de indexatiesystemen zouden moeten leiden tot een lichte daling van de gezinsconsumptie in het tweede kwartaal van 2022. Op de wat langere termijn blijven de fundamentele determinanten voor de gezinsconsumptie wel gezond.

De bedrijfsinvesteringen namen toe in het eerste kwartaal, na een uitgesproken afname in de tweede helft van 2021. Het ondernemersvertrouwen zet haar neerwaartse tendens verder en de vraagvooruitzichten verslechteren snel. We verwachten dan ook dat een matigende groei van de bedrijfsinvesteringen in het tweede kwartaal. Ook de woninginvesteringen zouden vertragen, ook al door de stijgende hypothecaire rente.

De groei van de overheidsconsumptie zou in het tweede kwartaal in principe moeten aantrekken, terwijl de uitvoering van investeringsplannen een gematigde expansie van de overheidsinvesteringen verzekert. De bijdrage van de netto-uitvoer tot de bbp-groei zou zicht bij nul moeten blijven, aangezien invoer en uitvoer in ongeveer dezelfde mate zouden moeten terugvallen.

Het ‘BREL’-nowcastingmodel van de NBB voorspelt een groei van 0,3 % op kwartaalbasis in het tweede kwartaal van 2022, terwijl het ‘R2D2’-model wat optimistischer is, met een groeiraming van 0,8 %. De onzekerheid over die nowcastingmodellen in de huidige omstandigheden blijft echter buitengewoon groot. De enorme schok van de COVID-19-crisis vormt een uitdaging voor de raming van de gebruikelijke tijdreeksmodellen.

Al met al is het meest waarschijnlijke scenario momenteel dat de Belgische economische bedrijvigheid in het tweede kwartaal zal stagneren (0 % groei). De afname van de activiteit in de loop van maart was weliswaar minder uitgesproken dan initieel gevreesd, maar het startpunt en het overloop-effect zullen minder gunstig zijn voor het tweede kwartaal. Het ondernemersvertrouwen vertoont een neerwaartse trend en de vraagvooruitzichten verslechteren. Tegelijkertijd wordt de koopkracht en het consumentenvertrouwen in toenemende mate aangetast door de hogere inflatie. Dat zal wegen op de groei in het tweede kwartaal.