Centrale voor kredieten aan particulieren: de belangrijkste evoluties in 2016

Eind 2016 hebben 6 256 394 kredietnemers samen 11 299 140 kredieten in de Centrale, een toename met 0,4 % tegenover 2015.

In de loop van het jaar werden 1 627 006 nieuwe kredietovereenkomsten geregistreerd. Het aantal nieuwe hypothecaire kredieten is met 15,5 % afgenomen tegenover 2015, maar blijft aanzienlijk hoger dan de jaren voordien. De lage rentevoeten brengen een groot aantal kredietnemers er nog steeds toe hun woonkrediet te herfinancieren. Daarbij dient te worden opgemerkt dat ook een “interne” herfinanciering bij dezelfde kredietgever in de Centrale als een nieuw krediet wordt geregistreerd. In de eerste maanden van het jaar werden er minder hypothecaire kredieten gesloten. Nadien kon opnieuw een geleidelijke toename worden vastgesteld. Uiteindelijk werden er 524 893 nieuwe hypothecaire kredieten gemeld in 2016.

Daarnaast werden er ook 666 675 nieuwe leningen op afbetaling (+ 11,7 %) en 78 845 nieuwe verkopen op afbetaling (+ 7,6 %) geregistreerd. Het aantal nieuwe kredietopeningen is ten slotte met 6,1 % gedaald tot 356 593.

In 2016 werden 155 519 nieuwe betalingsachterstanden in de Centrale opgenomen. Dit is een daling met 4,0 % tegenover het jaar voordien, die voornamelijk het gevolg is van een vermindering van het aantal nieuwe wanbetalingen bij kredietopeningen (- 7,3 %). Daarnaast zijn ook meer kredietnemers erin geslaagd hun eerder opgelopen betalingsachterstand te regulariseren (+ 3,7 %). Toch groeit het totale aantal niet geregulariseerde achterstallige kredietovereenkomsten eind 2016 met 1,5 % aan tot 555 936. Deze toename doet zich enkel voor bij de kredietopeningen (+ 3,9 %), terwijl het voor alle andere kredietvormen afneemt.

Ondanks de toename van het aantal wanbetalingen daalt het totaal achterstallig bedrag met 1,1 % tot 3,1 miljard euro. Het gemiddeld achterstallig bedrag per contract neemt met 2,6 % af tot 5 610 euro. Uitgesplitst over de verschillende kredietvormen stijgt het gemiddeld achterstallig bedrag enkel bij de hypothecaire kredieten, terwijl het afneemt bij zowel de leningen op afbetaling, de verkopen op afbetaling als de kredietopeningen. De hoogte van het achterstallig bedrag varieert sterk naargelang de kredietvorm. Zo is het achterstallig bedrag bij een hypothecair krediet het hoogst omdat het kredietbedrag zelf zeer groot is. Als een achterstallig krediet dan wordt opgezegd, wordt het totale verschuldigde bedrag opeisbaar, hetgeen de omvang van de betalingsachterstand sterk doet stijgen. De gemiddelde betalingsachterstand bij een consumentenkrediet bedraagt 3 350 euro, tegenover 41 373 euro bij een hypothecair krediet.

Het aantal lopende procedures van collectieve schuldenregeling is met 2,1 % afgenomen tot 95 569. Er werden 15 355 nieuwe dossiers door de rechtbanken gemeld (- 3,3 %).

De Centrale werd in 2016 door de kredietgevers 8,4 miljoen keer geraadpleegd (- 3,7 %). Dit komt overeen met een gemiddelde van 32 324 raadplegingen per werkdag. In 6,6 % van de gevallen was de persoon op wie de raadpleging betrekking had, met een betalingsachterstand en/of een collectieve schuldenregeling geregistreerd.

Tot slot werden er eveneens 286 990 aanvragen behandeld van consumenten die hun persoonlijke gegevens wensten te kennen.

Het statistisch verslag van de Centrale voor kredieten aan particulieren is beschikbaar op de website van de Nationale Bank van België (www.nbb.be).