Woordenlijst

 

  • Kettingeuro's

    Middel om bij de berekening van diverse economische aggregaten (zoals bijvoorbeeld het bbp, de investeringen, de consumptie door gezinnen...) de volumegroei te bepalen en het effect van prijsveranderingen te elimineren.

  • Klassieke staatsleningen

    Staatsleningen op middellange en lange termijn waarop zowel particuliere beleggers als institutionele beleggers konden intekenen. Vanaf 1996 werden ze vervangen door de staatsbons waarop enkel particuliere beleggers kunnen intekenen.

  • Kredietgever in laatste instantie

    Wanneer de commerciële banken door een tijdelijk gebrek aan liquide middelen (zoals bij plotse geldopvragingen) niet kunnen tegemoetkomen aan de vraag van hun cliënten, kan dit een ernstige verstoring van het financiële stelsel meebrengen. In dat geval kan de centrale bank tussenbeide komen om de banken de nodige middelen te bezorgen. Door toezicht uit te oefenen op de financiële markten en door deel te nemen aan de uitwerking van prudentiële normen en regels zorgt de Nationale Bank ervoor dat dergelijke crisissen zoveel mogelijk voorkomen worden.

  • Kredietinstelling

    Een onderneming waarvan de werkzaamheden bestaan uit het van het publiek in ontvangst nemen van deposito's of van andere terugbetaalbare gelden en het verlenen van kredieten voor eigen rekening. De banken en spaarkassen zijn kredietinstellingen.

  • Kredietopening

    Een kredietopening is een kapitaalreserve die de consument naar behoefte gebruikt, vaak met een kaart. Hieronder valt ook de kredietlijn die verbonden is aan een zichtrekening en de mogelijkheid biedt om tijdelijk "onder 0" te gaan.

  • Kredietrisico

    Het risico dat een tegenpartij een verplichting niet volledig zal nakomen, hetzij op de vervaldag hetzij op eender welk later tijdstip.

  • Krediettoewijzing

    Een procedure waarbij het Eurosysteem de kredietinstellingen van het eurogebied met elkaar in concurrentie laat treden (via aanbestedingen) voor het verkrijgen van liquiditeiten.